donderdag 28 april 2016

Dilemma

En ja, we liggen nog steeds in Marsh Harbour. Weinig te melden vanaf hier. Afgelopen dinsdag leek een goed window, misschien achteraf gezien was het dat ook wel… Maar nu kijken we naar zondag. Niet ideaal, zeker niet vanuit deze hoek vanaf de Bahamas, maar het is nog niet zover. Want ja, wat kies je? Een of twee dagen prima wind en daarna ‘wind all-over the place’? Of wacht je nog maar, wie weet hoe lang nog? Of ga je morgen weg, met motoren, dan ‘wind all-over the place’ en hopelijk nog steeds goede wind voor de laatste dagen? Dilemma’s!

Buiten nog even de tijd bepalen, zijn we klaar voor de oversteken; Etienne heeft de motor weer een beurt gegeven, ik heb hem nog even in de mast gehesen, we hebben eten aan boord en alles is alweer ‘schommelvast’ neergezet. Deze trip naar Bermuda is ook maar een (dikke?) week. Het is voor ons al wel weer lang geleden dat we wat langer dan 1 nacht onderweg waren, maar een weekje…dat is zo voorbij. Ik zie er dan ook niet tegenop, maar heb er ook geen zin in. Het is altijd zo saai.

Hier hebben we nu ok internet, dus ik ben lekker aan het surfen en inspiratie aan het op doen voor als we onderweg zijn. Mits het niet te ruig is kan ik misschien nog wat freubelen of schrijven. Daarnaast lopen we hier nu (bijna) elke dag een heel stuk van rechts naar links en proberen zo in beweging te blijven. Het is niet heel spannend hier, maar het contrast is wel heel groot! De supermarkt is echt Amerikaans en groot. Er zijn verschillende mooie huizen, winkeltjes en restaurants langs het water. En gisteren liepen we een heel stuk achteraf en zagen de andere kant van Great Abaco eiland. Kleine houten huisjes, wij zouden ze bijna krotten noemen. Oude auto’s, voor ons een autosloperij van tig jaar geleden, hier een autodealer. Ik was gewoon bezwaard om foto’s te maken.

Hoe leuk is het dan dat de schoolbus stopt en er een horde, prachtige kids uitkomen rennen, lachend, lol trappend en heel beleefd “Hallo”-zeggend tegen ons. Heerlijk!! Hoe kijken wij met onze (Westerse? Verwende?) bril naar andere dingen? Een moeder haalt haar dochtertje op bij de bus en we zien ze heerlijk keuvelend even later aan een ijsje. Mooi om te zien en mooi om over na te denken…

Dat doen we nu ook wel, want we hebben het lekker rustig. Dus ook teveel tijd en wat doe je dan? Ja, dan ben je bezig met het volgende avontuur: NL! We hebben er zin in, om ons te gaan settelen, maar aan de andere kant doemt ook weer die onzekerheid op. Hoe gaat het daar zijn voor ons? Wat gaan we doen? Werk? Huis? Gaat het ook weer passen? Het gaat allemaal door ons hoofd, maar niet op een zware manier. We hebben het over het nieuwe recept dat ik probeer, een artikel uit de krant en over NL. Haha! Druk maken doen we ons er zeker niet over…het is gewoon spannend! En met de komende eerste oversteek, wordt de terugreis zeker ingezet…

woensdag 20 april 2016

Hoe mooi kan het ook onder water zijn?

Het was de laatste tijd afwisselend weer. En dan bedoel ik het meer qua wind. Geregeld komt er wat hardere noordenwind over en dan moet je ergens beschut liggen.

Maar toen we een aantal dagen geleden ineens weer prachtig windstil weer hadden, zijn we wat heen en weer gaan varen om de mooie snorkelplekken te bezoeken. En inderdaad, hoe mooi kan de natuur zijn!

Sandy Cay is een klein cay’tje hier net voor een cut naar buiten. Er staat daardoor een continue deining en het stroomt er ook geregeld. Hierdoor komt er vers oceaanwater naar binnen, wat hier een rif mooi maakt. La Luna legde we om het hoekje van de cay, maar helaas nog steeds in de deining van de oceaan en met de dinghy naar het rif. Tjeetje, dat was weer super genieten!! Prachtig!! Meteen toen we ons kop onder water stopten werden we begroet door twee super grote eagle rays, roggen. De hele grappige variant, met witte vlekken en een echt gezicht met neus!

Er zit daar zowieso ontzettend veel vis, hele grote school met doktervissen, wel honderden bij elkaar. Grote baarzen en een paar barracuda’s die ons gemeen aankeken. Het rif zelf is ook mooi, niet heel kleurrijk, maar wel een hoop waaiers en sponsen. We zagen nog een stuk of vier meer van die roggen. We weten zeker dat het andere waren, want allemaal hadden ze een visje bij zich, onder of boven en dat waren heel verschillende! Het was jammer dat het oceaanwater een stuk kouder was dan we waren gewend, dus konden we niet uren in het water blijven!

Omdat La Luna lag te rollen, maar weer ankerop en rustig gaan liggen. Verder stond er namelijk geen wind, dus alle plekjes waren prima! De volgende dag zijn we naar Mermaid Reef gegaan, vlakbij Marsh Harbour. Een nep reef. Heel veel vis!! En ook die voor ons het rif knuffelde om bescherming te zoeken. Hierdoor zie je dat er eigenlijk voor de vissen wel behoefte is aan rif, terwijl er dat toch maar weinig is. Maar het rif zelf was niet veel. Ook worden de vissen er gevoerd, dus we werden zowat omver gezwommen!

Een aantal dagen hebben we bij Man-O-War cay gelegen. Een grappig dorpje, enorm religieus, wat meteen opvalt aan de hoeveelheid kerken. We hadden drie stappen aan land gezet en er al drie gezien! Haha! Maar een leuk dorpje, met weer huizen in pastelkleur, een prima supermarktje en een tentje aan het water met internet. Hier hadden we een opvallende buurman naast ons liggen! Een enorm groot motorjacht, drie jetski’s erachter, glijbaan van bovenaf het water in en daarnaast een ware helikopter op het dak. Toen we hem een keer terug zagen komen, waren we blij dat het een goede piloot was, want met veel wind (het waaide toen hard) en dan op een heel krap plekje op die boot landden...zo groot was de heli-H nou ook weer niet...

Inmiddels liggen we alweer een dag in Marsh Harbour. Onze eindplek in de Bahamas. Hier is het bevoorraden en wachten op een goed weergat om naar Bermuda te gaan. Raar, maar ja, aan alles komt uiteindelijk een einde. Marsh Harbour, we waren hier vorige week al een dagje, heeft prima supermarkt(en), hardware store, drankenzaak en andere winkeltjes, maar gezelligheid is er niet echt te vinden. Maakt niet uit, we hebben wel wat te doen (gas vullen, olie verversen, inkopen doen en opruimen) en we maken het gewoon zelf gezellig, dus zijn we gisteren gaan Happy Hour’en bij de Blue’s aan boord, andere NL’ers die hier eergisteren zijn aangeland.

zondag 10 april 2016

Hoe noemen we haar?

Dat denk je bij een baby, maar ook als je een ‘nieuwe’ boot hebt gekocht. Houden we de naam of veranderen we die? Dat laatste ‘moet’ bij boten volgens een heel ritueel, want anders brengt het ongeluk, zegt men.

Wij hebben tig jaren geleden de naam veranderd naar La Luna en geen moment spijt daarvan gehad. Gewoon een simpele naam, makkelijk uit te spreken, te vertalen naar het nautisch alfabet (Lima Alpha Lima..) en de meeste landen kennen de naam. Voor ons waren dat ook voorwaarden, maar je boot een naam geven is toch wel een taak apart. Die de een serieuzer neemt dan de ander!

In NL zijn we, in vergelijking met een ander groot stuk van de wereld, vrij ‘saai’ in namen. Het is een vogel, een (zee)dier of een vrouwennaam. In de laatste jaren komen daar ‘hippere’ varianten bij, waardoor het analyseren van bootnamen voor mij leuker werd. Maar, sinds de Carieb en Amerika, kan ik mijn hart helemaal ophalen. Want hier hebben ze geen enkele terughoudendheid in bootnamen. Ook niet in hoe het op de boten staat en ze gillen het zonder gĂȘne door de marifoon.

Laat ik even voor niet boot’ers uitleggen, dat als je elkaar door de marifoon aanroept is daar een soort van standaard protocol voor. Officieel roep je drie keer de bootnaam van de boot wie je wilt spreken, dan zeg je “hier” (of in het Engels “Here”) gevolgd door drie keer je eigen naam. Die drie keren, dat wordt veelal overgeslagen, zeker wanneer je je eigen naam zegt. En ook het woordje ‘Hier’ of ‘Here’ wordt geregeld weggelaten. Iets wat het soms helemaal erg grappig of juist schokkend maakt.

“Fire Fire Fire, Cookiemonster” Nou, wij zaten bij de eerste ‘Fire’ rechtop in de kuip. “Shit, iemand heeft brand, wat erg!” gaat er door je hoofd in de enkele seconden voordat je door de terugreactie – “Cookiemonster, here Fire” - begrijpt, Fire is een bootnaam….

En dan hoor je “Good Morning Vietnam, here Heaven”. Of “Happy Hour, Happy Hour, Cup of tea”. Maar ook “Elvis Motor Jackson, here Endangered Species”. Snappen jullie dat wij de marifoon soms erg vermakelijk vinden? Zo zijn er nog meer hoor “Leap of Faith, Leap of Faith, here Oopsie”.

Het is echt soms ongelooflijk. We zagen een boot met een enorme K in dezelfde stijl als op de Kelloggs Cornflakes, dan vraag je je toch af wat hij als ontbijt eet. En dan is er ‘Milk money’, wat zoiets betekend als ‘kleingeld’. Of ‘It’s just money’. Goh, toch een bijzondere gedachte over je boot.

Maar de winnaar in de, tja, hoe zal ik het zeggen, opmerkelijke namen is en blijft deze….“Flying Pig, Flying Pig, Knot too fast”

zondag 3 april 2016

Frontaal front

Na het frontje op Eulethera, hebben we vandaag weer zo'n front. Verdikkeme, zeker omdat dit een eiland is met niet van die goede 'holes'.
.
We zijn namelijk inmiddels op Great Abaco Island. Ons laatste eiland van de Bahamas. Tijdens een mooie motor-zeildag zijn we de 50 mijl overgestoken naar dit eiland. Zo bizar om te zien dat elke keer bij zo'n eiland de diepte van erg ondiep, gewoon meteen kilometers naar beneden stort! In dit stuk was er ook weer geen beschutting van eilanden in de verte, dus de Atlantische oceaandeining liep aardig op ons in. Geen probleem, maar omdat het de dagen ervoor hard had gewaaid en deze dag veel minder, was het toch nog wel wat schommelig.
.
We hadden natuurlijk de hengel weer uit met als resultaat wel 3 keer beet, maar geen blijver, dus toch geen vissoep 's avonds. Jammer! Al was het de eerste keer wel zo'n enorme ruk, misschien maar goed dat die niet vasthield. ;-)
.
Dit eiland heeft ook weer een bijzondere vorm. Aan de westkant is het heel erg ondiep, voor ons zeker niet te varen. De oostkant is de kant aan de oceaan en daar kun je beschut achter wat langgerekte eilandjes varen. Meteen om het puntje na de doorgang is Little Harbour. Een haventje wat we graag wilden zien, maar veelste ondiep voor ons. Dat wordt hier zowieso bij dit hele eiland wel een aardige handicap voor ons.
.
Maar ok, voor anker bij het strandje, waar we redelijk lagen te rollen omdat de oceaandeining de hoek omsloop. Niet echt een probleem en de volgende ochtend meteen het kanaaltje door, Little Harbour in. Heel lang geleden was er een familie uit Amerika overgevaren naar de Bahamas om zich daar te vestigen, weg van alle regels en een vrij kunstenaars leven op te bouwen. Ze zijn in Little Harbour 'gestrand' en zijn op de boot en in een grot gaan wonen. Little Harbour is een prachtige natuurlijke haven, met inderdaad een megagrot aan de waterkant. Deze familie Johnston heeft toen langzaam een woonhuis en atelier gebouwd. Paps, de grote kunstenaar, is inmiddels al wat jaren overleden, maar de drie zoons wonen nog hier. Pete heeft een erg leuke bar gebouwd en runt het atelier ernaast, waar werken van z'n vader en hem te zien zijn.
.
Het zijn prachtige bronzen kunstwerken, maar helaas ver boven ons budget. Het atelier was dicht, maar de bar open en, ivm het weekend, erg druk. Er was zelfs een rommelmarktje en daar heb ik een lekker interessant kookboek (over Raw eating) gekocht en we hebben gezellig gekletst met wat locale bewoners. Een heel leuk stukje.
.
Maar toch vertrokken we aan het eind van de dag weer om een paar mijl verder ons anker te droppen. Ze hadden weer een frontje voorspelt voor afgelopen nacht en vandaag. We konden niet veel beschutting vinden hier voor westen en noorden wind, wat het zou gaan worden, dus werd het afwachten. De weergoden waren ons (en nog 6 boten rondom ons) gunstig gezind, de wind draaide heel snel door het westen en noorden naar noordoost, waardoor we nu weer redelijk beschut liggen. Wind vanuit het westen of noorden en dan een aardige snelheid, had ons weer een hobbelige boot opgeleverd. Maar niets van dit alles, het regent alleen wel al heel de dag, met een paar giga onweersbuien. We klagen niet, we liggen rustig en ik heb weer eens lekkere appelkaneelmuffins gebakken. ;-)

At 2-4-2016 20:59 (utc) our position was 26°21.23'N 076°59.12'W